Ik heb het artikel van Lex Slaghuis ‘Bibliotheek 2.0: een kijkje achter de schermen’ en de manifesten van Hamann en Cohen gelezen. Met name de manifesten spraken mij erg aan. De meeste bibliotheekorganisaties zijn er inmiddels van doordrongen dat ze ‘iets’ moeten met de sociale media om in de toekomst bestaansrecht te hebben. Ondanks dit besef lijkt het toch moeilijk een eerste stap te zetten. Het manifest biedt een handvat. Waarbij niet alleen naar de organisatie in relatie tot de sociale media gekeken wordt, maar waarin juist de rol van de bibliotheekmedewerker in deze ontwikkelingen belicht wordt. Want hoe je het ook wend of keert, het valt of staat met deze medewerkers. Natuurlijk is het essentieel dat het management een koers uit zet, richting bepaalt en de organisatie vervolgens over de juiste middelen laat beschikken. De mate van succes hangt vervolgens echter af van de mensen die het werkelijke contact met onze doelgroep hebben, de bibliothecarissen. Zij zullen hun functie anders in moeten gaan vullen, de ontwikkelingen met open vizier tegemoet moeten treden, bereid moeten zijn te pionieren, fouten durven te maken en van de gebaande paden af durven te gaan. Een functie die vooralsnog vooral dienstverlenend en eenrichtingsverkeer is, wordt tweerichtingsverkeer. Interactie zal op grote schaal mogelijk zijn. Niet alleen tussen klant en bibliotheek. Maar ook tussen klant en cultuuraanbieders. Bibliotheken, en daarmee de medewerkers, worden cultuurmakelaars.dinsdag 11 januari 2011
Ding 22: Bibliotheek 2.0
Ik heb het artikel van Lex Slaghuis ‘Bibliotheek 2.0: een kijkje achter de schermen’ en de manifesten van Hamann en Cohen gelezen. Met name de manifesten spraken mij erg aan. De meeste bibliotheekorganisaties zijn er inmiddels van doordrongen dat ze ‘iets’ moeten met de sociale media om in de toekomst bestaansrecht te hebben. Ondanks dit besef lijkt het toch moeilijk een eerste stap te zetten. Het manifest biedt een handvat. Waarbij niet alleen naar de organisatie in relatie tot de sociale media gekeken wordt, maar waarin juist de rol van de bibliotheekmedewerker in deze ontwikkelingen belicht wordt. Want hoe je het ook wend of keert, het valt of staat met deze medewerkers. Natuurlijk is het essentieel dat het management een koers uit zet, richting bepaalt en de organisatie vervolgens over de juiste middelen laat beschikken. De mate van succes hangt vervolgens echter af van de mensen die het werkelijke contact met onze doelgroep hebben, de bibliothecarissen. Zij zullen hun functie anders in moeten gaan vullen, de ontwikkelingen met open vizier tegemoet moeten treden, bereid moeten zijn te pionieren, fouten durven te maken en van de gebaande paden af durven te gaan. Een functie die vooralsnog vooral dienstverlenend en eenrichtingsverkeer is, wordt tweerichtingsverkeer. Interactie zal op grote schaal mogelijk zijn. Niet alleen tussen klant en bibliotheek. Maar ook tussen klant en cultuuraanbieders. Bibliotheken, en daarmee de medewerkers, worden cultuurmakelaars.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Ik denk dat je helemaal gelijk hebt. Maar vergeet tegelijkertijd dat de klant binding heeft met zijn lokale bibliotheek en bibliotheekmedewerker. Landelijk ok, maar wel met een lokale binding. En veel 2.0-diensten komen het best tot zijn recht als het lokaal wordt ingevuld.
BeantwoordenVerwijderen